FREDDY HAAYEN: een groot producer/platenman is onverwacht heengegaan

25-07-2007 @ 11:09

van de website: www.willemvankooten.nl 

24 juli 2007
Freddy Haayen, 11 februari 1941- 22 juli 2007
Zondagmorgen 22 juli vroeg overleed  F.C. Haayen, Fred of Freddy voor z’n naasten, in het Haagse Bronovo Ziekenhuis aan de gevolgen van een hersenbloeding die hem een dag eerder had getroffen.
Ik ontmoette Freddy voor het eerst in 1964 ,denk ik ,by Polydor op het Piet Heinplein in Den Haag. Hij studeerde architectuur in Delft, was muziekgek,en waar kon je dan beter terecht voor een studentenbaan dan bij een platenmaatschappij. Polydor, dat de muziekdochter van Siemens was, en eigenlijk Deutsche Gramophon heette, dreef op Archiv, het beroemde klassieke label, en ook op Freddy Quinn (Junge Komm Bald Wieder, usw.). Maar het vertegenwoordigde ook Verve, het label van Norman Granz JATP, van Ella en Oscar Petersen, en Jimmy Smith, enz, en dat was het label en de muziek waar we beiden warm voor liepen.
In 1964 kreeg ik een Amerikaanse persing van I Can’t Explain van, een onbekend, vermoedelijk Amerikaans bandje, the Who in handen, dat ik fantastisch vond. De Nederlandse rechten bleken bij Polydor te zitten, maar dat wist niemand daar. Wij van Radio Veronica draaiden het veel, Freddy vond het ook fantastisch, ging er achteraan, de Who bleek een Engelse band te zijn, en zo kwam het dat de volgende Who plaat, Anyway Anyhow Anywhere op 17 juli 1965 de Top 40 binnenkwam. Omstreeks die tijd haalde ‘’Haayen'’, zoals ik hem altijd noemde, de Who voor het eerst naar Nederland voor 750 gulden, voor een optreden in Club 192 in Scheveningen, de club van Jacques ('’Japie'’) Senf en Jan van Veen. Met de nachtboot kwamen ze, en ze speelden op van de Earrings geleende spullen als ik het wel heb.
Den Haag was ook de plaats waar de nieuwe muziek borrelde, dankzij de aanwezigheid van vele Indische bandjes. En ook de plaats van het Rolling Stones concert van 8 augustus 1964 in het Kurhaus. Freddy raakte geboeid door de Haagse beatscene -zo heette dat toen- kwam in contact met de Golden Earrings, herkende het aanwezige talent, en overtuigde Polydor directeur Joop Buinink ervan om de band onder contract te nemen. Hij kreeg een budget, benoemde zichzelf tot producer- wat een nieuw vak was toen, en ook voor hem de eerste keer-, ging repeteren, en in de voorzomer van 1965 werden de eerste 4 titels opgenomen in de Phonogramstudio in de Honingstraat in Hilversum. Ik was uitgenodigd om daar te komen kijken en luisteren, en ik trof de band aan in Veronica T-shirts, in de studio. Freddy was van meet af aan niet alleen een groot talentscout, en producer, maar ook een groot marketingman..
Please go, één van die 4 titels, werd de eerste single, en de eerste hit, in september 1965 en zo is het gekomen. Dat was het begin van een grote carriere voor zowel Golden Earring als wel Freddy Haayen. En van een omslag bij Polydor, waar hij bleef hangen. Z’n studie-waar hij bijna mee klaar was-zou hij niet afmaken.
We waren min of meer gelijke geesten wat betreft onze passie voor het ontdekken, opnemen en beroemd maken van Hollandse nieuwe bands. De juiste infrastructuur was aanwezig in 1965: Veronica, de Top 40, de Rolschaatsbaan- hoe heette die ook alweer eigenlijk, ik ben geen Hagenees- de Marathon, Club 192, Scheveningen in de Zomer, noem maar op. En Freddy Haayen, Paul Acket, Jacques Senf, Cees van Leeuwen, Jan van Veen, ze waren er klaar voor en ter plekke..
Ritchie Clark en the Ricochets werden de Motions- met Robbie van Leeuwen, the Golden Earrings, Hu and the Hilltops, The In Crowd, Sandy Coast, the Shoes, the Subterraneans, Livin’ Blues, Earth and Fire, en niet te vergeten, Bojoura. En in der haast zal ik er nog wel een paar vergeten zijn. Let wel, allemaal Fredddy Haayen produkties, en in de meeste gevallen ook Haayen ontdekkingen, behalve the Motions. Hoewel Haayen ook producer was van de solohits van Rudy Bennett, de Motions-zanger. De Gouden Eeuw van de Hollandse muziek kon beginnen. En begon, en hoe. Maar wel in en vanuit Den Haag. Amsterdam droomde nog.
In de loop van 1966 en 1967 ontstond bij Haayen en mij het idee om de zaken meer structureel aan te pakken. We keken met jaloerse blikken naar Engeland, dat de wereld veroverde met z’n bandjes, en dat wilden we ook. Met Hollandse bands natuurlijk. We droomden van een onafhankelijk- van de multinationals dan- produktiehuis dat z’n eigen gang kon gaan, z’n eigen bands onder contract kon nemen, produceren, promoten, en liefst wereldberoemd maken.
Dat leidde tot de oprichting van Red Bullet, dat 1 april 1968 van start ging, na moeizame gesprekken en onderhandelingen met grootaandeelhouder PPI, in Baarn, -de voorloper van Phonogram International. Dat kwam vooral doordat we van mening waren dat we ook een managementtak- voor onze eigen artisten- moesten hebben, en een Televisieproduktieafdeling, samen met Bob Rooyens wilden beginnen. Dat gebeurde ook. Zo nam Bob voor ons op het legendarische optreden van Aretha Franklin in het Concertgebouw in 1969.
Zo wilde ik een eigen uitgeverij, en dat werd Dayglow Music. Allemaal noodzakelijke elementen om succesvol te worden, in onze ogen. Dat zagen de platenbazen van Polygram niet zitten. Vandaar dat het zo lang duurde. Red Bullet was de eerste in zijn soort, wereldwijd denk ik zelfs-met dit soort dingen en z’n tijd ver vooruit. Vandaag de dag, in het multimediale tijdperk, is dit allemaal normaal.
Zo werden we management- en boekingskantoor van Golden Earring, de Shoes enz, onder leiding van Rob Gerritsen. Freddy en Peter Koelewijn waren de huisproducers, Cees Schrama werd hoofdmuzikant. Onze produkties werden uitgebracht en gedistribueerd door Polydor en Phonogram in Nederland. In de rest van de wereld zorgden we zelf voor passende maatschappijen.. De eerste release, eind maart al, was Kom uit de Bedstee m’n Liefste van Egbert Douwe (Rob Out). Met een #1 beginnen, een single die meer dan 100.000 stuks verkocht en dus ruim goud werd, wat een droomscenario. Maar geen toeval, want zorgvuldig gepland zo.
Freddy was er niet op kantoor, op de startdatum, 1 april 1968. Hij was in Amerika, de eerste release en de eerste tour van Golden Earring daar voorbereiden. Hij was in de studio, of op reis. Jarenlang. En niet zonder succes. Zo regelden we een eigen label, in New York, onder de vlag van Perception Records. Dat label noemden we Dwarf Records, naar de kabouters die Amsterdam toen onveilig maakten.
En in 1970 al hadden we onze eerste #1 in Amerika, met Venus van Shocking Blue, dat daarna de hele wereld overging. Als uitgevers hadden we Ma Belle Amie van Tee Set, in de top 10 daar. En toen was het hek van de dam: George Baker Selection, Focus en Golden Earring met Radar Love, met recht de klassieke classic rocksong. Vorig jaar, in 2006, door de lezers van USA Today nog uitgeroepen tot de n#1 Roadsong van de USA.
Freddy nam afscheid van Red Bullet in 1971. Een internationalele carriere lokte. Hij werd eerst directeur van Polydor Nederland, en 2 jaar later van Polydor Engeland. En weer een paar jaar later van Polydor, Inc, Polydor USA. Steeds verhuizen met vrouw en zonen Rick en Danny. Maar zijn vrouw Anneke volgde hem blijmoedig, overal, en zorgde altijd, waar dan ook, voor een gastvrij onthaal. In 1981-Freddy was inmiddels vice-president van Warner Records International, standplaats New York,- werd hij gegrepen door het Europese succes van Stars on 45. Geen enkele platenmaatschappij wilde die plaat in de USA en Canada uitbrengen, geen enkel van z’n eigen Warnerlabels zelfs, maar hij zorgde ervoor dat een klein Florida label, Radio Records, dat gedistribueerd werd door Warner, Stars on 45 uitbracht. En inderdaad, het werd #1 daar, en daarna in Mexico en de rest van Zuid Amerika. En de rest van de wereld volgde.
Dat bracht Freddy op het idee om weer voor zichzelf te beginnen, ditmaal in New York. Dat werd 21 Records, en hij maakte onder meer van Twilight Zone van Golden Earring een top 10 hit daar. Mede dankzij het toen nog prille MTV, dat de Twilight Zone video ontelbare malen uitzond. Freddy kende de directeur goed, zag de potentie van MTV, en wij zorgden voor een topvideo bij een topcompositie van George Kooymans.
21 records werd desondanks niet het grote succes waarop hij hoopte. Daarna besloot hij terug te keren naar Nederland, waar hij eind jaren '80 directeur van CNR werd, en z’n eigen produktiemaatschappij JAWS bestuurde.
We verloren elkaar min of meer uit het oog. Twee weken geleden belde hij me plotseling. Hij had Jeroen van der Boom zien optreden bij een instore in Free Recordshop in Leidschendam, waar hij woonde inmiddels. Freddy had ontdekt daar dat Jeroen van der Boom op Red Bullet zat, en daar was hij trots op, en dat wilde hij me medelen. En ook dat hij Jeroen een fantastische artiest vond. Het was een ouderwets aangenaam gesprek, dat het laatste zou zijn dat ik met hem zou voeren.
Een groot producer/platenman is onverwacht heengegaan. Een bijzonder man, zoals ze niet meer gemaakt worden. Die z’n dromen najoeg, en veel daarvan in vervulling zag gaan. Ik zal hem missen. Rick en Danny sterkte toegewenst door de hele Red Bullet Familie, en mij in het bijzonder.

bron: http://www.willemvankooten.nl/